Tourmalet serieuze kuitenbijter

 

Juli 2012

 

Op vakantie in de Pyreneeën is het beklimmen van de Tourmalet een must. De ruim 2100 meter hoge berg waar Jaques Goddet bovenop me wacht. Op maandag 16 juli, twee dagen voor de tourpassage, ga ik op weg. Het is 6.30 u in de ochtend, de thermometer geeft 12 graden aan.

De camping Bellevue in Argeles-Gazost is mijn uitvalsbasis. Het ligt in het dal waar de Aubisque, Hautacam, Luz Ardiden en Hautacam op uitkomen. Hierdoor is het echt het mekka van het fietsen in de Pyreneen.

Vanaf de camping ga ik via het mooie fietspaadje in de richting van Pierrefitte en daarna Luz. Na 20 km in Luz werk ik even een broodje weg, de benodigde brandstof voor de volgende 20 kilometer want die gaan behoorlijk bergop. Meteen als ik het plaatsje Luz uit rijdt begint de beklimming al. Het eerste routebord na enkele honderden meters geeft aan dat het nog 19 km is en 1400 hoogtemeters te gaan.

In het begin gaat het met 8 tot 9 % redelijk goed. De temp daalt gestaag en ik zie nog geen andere fietsers. Na een kilometer of 7 passeer ik nog een dorpje. De weg loopt er recht doorheen. In de verte zie ik twee fietsers voor me uit rijden, volgens mij zijn ze in het dorpje gestart.

De weg blijft gestaag oplopen en in de verte zie ik een flink aantal campers staan. Als ik dichterbij kom zie ik dat het een enorme parkeerplaats is. Het is de voet van een skistation naar de liften. Veel campers lijken hier al een goed plaatsje te bemachtigen voor de tour over twee dagen. In de verte zie ik nu nog een andere fietser die niet echt snel vooruit gaat. Ik haal hem vrij snel in en houdt bij het passeren in voor een praatje. ‘How are you this morning?’ ‘Awel met mij gaat het goed he’. Okee een Belg. Het blijkt Pierre uit Gent te zijn en hij vertelt bezig te zijn aan de 100 colls tocht. Hij gaat deze dag voor de tourmalet, Aspin en Peyresourde. Hij heeft vier grote tassen aan zijn fiets hangen en rijdt met een enorm klein verzet. Ik wens hem succes en rijdt verder. Enkele bochten verder, nog zes kilometer te gaan naar de top, loopt een hele kudde koeien over de weg. Ze droppen hun vlaaien vrolijk op de weg en kijken mij verwonderd na. Het tweetal dat eerder voor mij uit reed haal ik hier in. Het is een man en een vrouw, de vrouwelijke helft stopt hier en de man rijdt achter mij aan. Zij blijft puffend achter en ik wissel hier van midden naar kleine voorblad en blijf goed doorpeddelen. Ik trek de mouwstukken weer omhoog die ik even naar beneden had. Vier kilometer voor het einde zie ik de top al. Het lijkt niet ver maar de kilometer aanduiding geeft aan: toch nog 4 km. Het stijgingspercentage blijft tegen het einde vrijwel steeds 9% maar de laatste km is echt alleen maar 10%. Nog enkele haarspeldbochten en dan ben ik er.

En dan ben ik boven

Het is helder en koud, de thermometer geeft nu 6 graden aan. Ik stap af en kijk over de rand naar beneden. De beklimming ligt in een soort van kom en ik heb tot ver naar beneden een overzicht van de laatste 10 km van de klim. Onder mij zie ik de koeien de weg verlaten en komt Pierre er op zijn koffiemolentje aan.

Ik spreek twee fietsers aan die zich aan het aankleden zijn voor de afdaling. Zij is een Nederlandse Australische, ze vond het niet echt zwaar. Nou ik vond het pittig. Ik stuur een sms naar de camping benden met het bericht dat ik nu 3 u gefietst heb en over 1 u verwacht terug te zijn. Dan wandel ik wat rond op de top. Ik zie de plaquette van Jaques Goddet en kijk hem diep in de ogen. Wat heeft hij ooit voor gehad met deze berg door hem op te nemen in de tour de france? Ik duw nog een broodje achter de kiezen, trek een jasje aan en begin aan de terug tocht. Het is werkelijk een schitterende afdaling. Ik moet wel om de koeienvlaaien slalommen en zie nog net dat Pierre nog 3 km moet. Ik merk dat het qua snelheid met de atb minder als met de renfiets. Ik passeer in vliegende vaart Luz. Vanaf dan nog 20 km, licht dalend naar beneden.

Het beklimmen van deze puist is een aanrader voor alle fietsers. Ik zag later nog meerdere ‘100 colls fietsers’. Chapeau voor deze mannen. Eentje reed met een karretje achter zijn fiets alle beklimmingen. Ieder zijn uitdaging.