Zonder vet geen soepele nippels

 ED april 2014 

Reusel – De vijfentwintig jongeren die in historische voertuigen hun hobby hebben, sluiten zich niet zonder meer aan bij bestaande clubs als HMT en HMCK.  Nee, liever hebben ze een eigen clubje: de vetnippels. Met een historisch weekend brachten ze mens en machine samen, het was hun eerste grote clubactiviteit. Het leverde de geur op van rook, kaf en olie. En vet natuurlijk. Het vet uit de nippels van de oude tractoren, dorskasten en wat al niet meer. “Dit willen we elk jaar gaan doen,” zegt ‘vetnippel’ Jack van Herk (28).

In de glinsterende voorjaarszon dwarrelt het kaf uit een oude dorskast. De roggehalmen gaan er aan de ene kant in, de strobalen komen er aan de andere kant uit. Het stof bedekt de haren van de broertjes Tim (6) en Luc (9) de Goei uit Netersel. Met grote ogen volgen ze het proces.

“Het gaat wel een beetje sloom,” zegt Luc met een kennersblik.

“We zijn vanmorgen met de Lance Bulldog van papa gekomen,” legt Tim uit. Hij laat vader’s machine zien en toont trots de plek waar hij en zijn broer in de cabine zitten. “Op de zandwegen mogen we om beurten gassen en sturen,” verklapt Luc. Als hij groter is wil hij er zelf mee gaan rijden om er mee naar festivals te gaan.

Intussen bedient Reuselnaar Kees Michiels een oude puinbreker. “We helpen de vetnippels want ze kunnen niet op alle plaatsen tegelijk zijn,” legt hij uit.

Jack van Herk neemt even een rustmoment om uitleg te geven over de motieven voor het historische  festival.

“Wij gaan heel het jaar door naar dit soort evenementen, hierdoor ken je de andere liefhebbers uit heel Nederland. Vrijwel alle leden hebben meerdere machines, ikzelf een Petter Hanomag en een Deutz. Bij mijn ouders en zelfs bij oma heb ik heel de tuin vol staan. Heel het jaar zoek ik naar onderdelen, daarom is hier de onderdelenmarkt belangrijk.”

Een groot deel van de deelnemers combineert de voertuigenhobby aan het houden van een historische woonwagen. Het levert veel mooie plaatjes op, ook op de tijdelijke camping.

Intussen slurpt de grote dorskast de halmen naar binnen en blijft aan de achterkant de strobalen uitpersen. De broertjes De Goei kunnen er maar geen genoeg van krijgen. Luc schudt af en toe het kaf van zijn hoofd, Tim was slimmer want hij had een pet op gezet.

Tussen de twee festivaldagen door bouwen de vetnippelsop zaterdagavond nog hun feestje in de grote centrale tent. “Die tent is er toch en van feesten kunnen we niet genoeg krijgen,” lacht Van Herk