Stilzitten nooit een optie voor Mien Direks

 

Hilverbode april 2015

 

Van eetproject tot welfare, van zonnebloem tot Rode Kruis.

Mien Direks (66) uit Hulsel mag met recht een super-vrijwilliger genoemd worden. ‘Een vrijwilliger gaat nooit met pensioen’, is haar devies. Vijfendertig jaar meldde ze zich aan als vrijwilliger voor het Rode Kruis en de Zonnebloem, dat toen nog vanuit één punt aangestuurd werd. Toen de organisaties gescheiden werden ging ze gewoon op twee fronten verder. Maar wat zijn twee fronten als je naast je eigen huishouden en de aandacht voor de kleinkinderen nog bij zoveel vrijwilligersprojecten betrokken bent?

‘Toen ik in 1980 met mijn activiteiten begon, ging het om het bezoeken van zieken en het begeleiden van welfare. Het Rode Kruis organiseerde jaarlijks donoravonden en er werden uitstapjes georganiseerd voor mensen die nauwelijks de deur uit kwamen. Ik kon mooie dingen doen voor de mensen die een steuntje in de rug nodig hadden. Eigenlijk ging het heel vanzelfsprekend maar ik kon niet vermoeden wat er allemaal uit voort zou komen.’

De activiteiten voor het Rode Kruis vielen aanvankelijk onder de afdeling Hilvarenbeek-De Mierden en vooral rond de donoravonden was het een drukke periode. Toen deze avonden overgingen naar Sanquin, betekende dit niet dat daar vrije tijd voor in de plaats kwam.

‘Het was eind jaren negentig dat de Rode Kruisafdeling startte met eetprojecten voor ouderen in Diessen, Esbeek, Hilvarenbeek en de Mierden. Ik was betrokken bij de start in Hooge Mierde en later in Hulsel. Het concept was steeds doeltreffend en hetzelfde: we benaderden de plaatselijke KBO afdeling en deden een oproep om de belangstelling te peilen. Een maal per maand haalden we de mensen van achter de geraniums en met zo weinig mogelijk middelen kookten we een lekkere maaltijd. De toeloop was vanaf het begin groot. Er ontstonden spontaan opgerichte vervoersdiensten van mensen die elkaar ophaalden. De maaltijden werden door een kerngroepje gekookt, de menuplanning en een deel van de boodschappen deed ik altijd zelf.”

Naast alles wat Mien erover opsomt, begon ze ook om de menu’s uit te schrijven op kaartjes en er met de nodige creativiteit kleine kunstwerkjes van te maken. Ze bewaarde vanaf 2003 van elk menu minstens één kaartje en heeft er nu al diverse mappen mee gevuld.

‘Het was grappig dat de menukaartjes een eigen leven gingen leiden. Er waren diverse deelnemers die ze ook begonnen te sparen waardoor het soms een collectorsitem werd.’

Maar ook al lopen de eetprojecten nog steeds maandelijks door, er blijft altijd meer tussen hemel en aarde voor Mien Direks.

‘Vorige week heb ik nog een groep maatschappelijke stagiaires begeleidt die de ouderen in het dorp met een high tea een leuke middag bezorgden. De opkomst was groot en iedereen ging met een lach naar huis. Daar doe je het dan toch voor. Ik kan daar enorm van genieten en eigenlijk moet ik bekennen: daar ligt ook wel mijn drive. Iemand een leuk moment of een leuke middag bezorgen. Dat is het kleine geluk in een leven. De contacten die de mensen er door opdoen vind ik ook mooi meegenomen.’

Mien ziet maatschappelijk veel veranderen en zelfs de organisaties waar ze als vrijwilliger actief is doen daar aan mee.

‘De Rode Kruisafdeling veranderde waardoor we nu bij De Zaligheden horen. De activiteiten wijzigen niet, maar er worden nu wel meer cursussen aangeboden. Zo blijf ik ook bij over zaken als WMO en alles wat met de zorg te maken heeft. We werken nu ook steeds meer samen met de gemeente en de regionale zorgorganisaties.

Mien Direks, al vijfendertig jaar super-vrijwilliger. Mensen achter de geraniums uithalen, daar waar ze zelf nooit hoopt te belanden. ‘Ik blijf gewoon de dingen doe die ik altijd al deed. Vaak moet ik de mensen persoonlijk benaderen om ze over de streep te trekken. Er is vaak drempelvrees bij een nieuwe activiteit, maar blijkbaar horen dit soort dingen wel bij onze participatiemaatschappij. Er was een man die altijd alleen thuis zat omdat zijn vrouw opgenomen was in een verpleeghuis. Ik zocht hem thuis op en nodigde hem uit voor het maandelijks gezamenlijk eten. Nu slaat hij geen enkele keer over, het is voor hem het hoogtepunt van de maand.’

 

Nieuwe loot

 

Het nieuwste initiatief waar Mien bij betrokken is, is het Onderonsje in haar dorpje Hulsel. Naar het model zoals dat eerder ook al in Hooge mierde en Reusel startte, komt er in Dorpshuis Het Drieske een gezellige huiskamer. Iedereen die zich alleen voelt kan hier op een gezellige manier de middag door komen. Donderdag 9 april start het initiatief met een open inloop. Voor de weken daarna kunnen de deelnemers zich vervolgens aanmelden. De initiatiefnemers, zoals Mien Direks,  hopen dat het een succes wordt en dat het opnieuw een schakeltje wordt in het netwerk rond ouderen die zich eenzaam voelen.

Foto: Mien aan het koken voor een van de eetprojecten die ze mee begeleidt.