Carnaval kriebelt altijd bij wagenbouwers

Brouwersgilde wil succes voort zetten
Trompetter Kempenland januari 2010
 
In afgesloten schuren, gepimpte nishutten en aftandse tenten wordt er weer stevig gebouwd aan de carnavalswagens voor de aankomende optochten. Van menig bouwwerk slaat de damp af en zelfs in de tijd dat Nederland dik ingesneeuwd was, wees een vers spoor naar activiteiten in de buitengebieden. Voor de carnavalsbouwers is er geen winterstop of vorstverlet. Net in de periode dat de Nederlandse economie zich concentreerde rond de kerststal en supermarkt vond er rond menige carnavalswagen een tussensprint plaats. De bouwers hebben vrij van school of werk en benutten de vrije uren voor het laatste laswerk. Daarna wordt er overgeschakeld op plakken en schilderen, een wagenbouwer moet vooral veelzijdig zijn.
We keken over de schouders mee van de toppers van de afgelopen jaren, viervoudig winnaar van de Kempenoptocht het B®ouwersgilde uit Reusel. Na drie overwinningen mochten ze de grote Hapertse wisselbokaal houden en als het aan hen ligt jagen ze de organisatie van de Kempenoptocht nóg een keer op kosten voor een nieuwe bokaal.
 
 
 
Met haar blauwe overall en haar haren op een staart wijst niets erop dat Inge Michiels in de zorg werkt. Overdag houdt ze zich bezig met studie en stage in de gehandicaptenzorg maar elk vrij uurtje is ze bij de carnavalswagen van het B®ouwersgilde te vinden.
 
Creatief
Een ronde koepel in het buitengebied, enkele auto’s kriskras geparkeerd. Naast de ingang een aantal fietsen neergekwakt. Er gaat een deur van een keet open en vier blauwe overalls gaan met een kop koffie een grote koepeltent in. Als de deur even open is klinkt er geroezemoes, wat wijst op de aanwezigheid van meerdere personen.
Een nadere inspectie wijst uit dat de keet de multifunctionele ruimte is waar de plannen van het B®ouwersgilde gevormd worden. Maar ook de ruimte voor de koffie en de opslagplaats voor de prijzen. De bekers passen al lang niet meer in een gemiddelde prijzenkast en elk succes van de Reuselse wagenbouwers smaakt naar meer.
Timo Peters(19), de jonge voorzitter, wil wel een tipje van de sluier van het geheim op lichten. ‘Het is vooral een kwestie van goed plannen en alle neuzen dezelfde kant op,’ zegt hij. Nadat we afgelopen jaar na Reusel en Hapert ook de Blaalse Lichtstoet wonnen hadden we alle prijzen die voor ons in één jaar te winnen waren binnen. Na enkele maanden rust kwamen we in juni al weer bij elkaar voor een brainstorm voor het nieuwe ontwerp van 2010.
Uiteindelijk ging Gijs Hermans achter de tekentafel zetten voor een voorlopige schets. Daarna groeit het idee verder uit.’
Het B®ouwersgilde is een vereniging met 45 actieve leden. Behalve wagenbouwers zijn het ook deelnemers aan programma’s als <I>Ter land ter zee en in de lucht<I>. Maar het belangrijkste doel ligt toch wel bij de carnavalsoptochten.
 
Zoektocht
Aan het Reuselse Kippereind zijn de Reuselse wagenbouwers al jarenlang te gast op het erf van Theo Lavrijsen. ‘We zijn afhankelijk van de goodwill van mensen die hun ruimte ter beschikking stellen,’ legt Peters uit. ‘We zijn er blij mee en zijn ook heel transparant naar de gemeente. Van daaruit krijgen we natuurlijk ook richtlijnen mee, zoals de afmetingen van onze tent.’
In die tent heerst er veel bedrijvigheid en het is opvallend hoe weinig aanwijzingen er nodig zijn om alles vlekkeloos te laten verlopen. ‘Toch is er wel een hiërarchie en een volgorde,’ wijst Timo. ‘Er zijn enkele leden van het eerste uur bij die alles al meemaakten. Zij bouwden alle wagens tot nu toe mee en kennen het klappen van de zweep. Ze kunnen lassen als de beste en geven hun kennis weer door aan de jongere leden. De lassers leggen altijd de basis voor de wagen. Die moet natuurlijk stevig zijn, daarnaast is er geen enkele onderdeel recht of vlak, het speelse overheerst.’
Als de lassers gereed zijn met de constructie staan de plakkers al te popelen om hun deel van de klus te doen. Meiden als Kristel Lavrijsen, Ellen Maas, Hanneke van de Put en Inge en Marieke Michiels. In het dagelijkse leven in de schoolbanken of werkend in de zorg, maar nu schouder aan schouder in het geraamte van de nieuwe wagen. ‘Eerst worden er kleine stukje papier op het ijzerwerk geplakt,’ legt Kristel Lavrijsen uit. ‘Daarna volgen er grotere stukken papier. Als laatste papierlaag worden er vellen uit telefoonboeken gebruikt om het helemaal vlak en strak te krijgen. Dan zitten we dagen te scheuren en te plakken.’
Als al het papier aangebracht is wordt er eerst in een egale kleur getext waarna de uiteindelijke verf aangebracht wordt. Maar dan moet de creatie nog in elkaar gezet worden.
Voorzitter Timo legt uit hoe dat gaat.
‘De dag voor de eerste optocht worden de onderdelen buiten langs elkaar gezet. Met een grote kraan zetten we de delen op elkaar.  Met twee delen van ieder vier meter halen we acht meter hoogte. Veel hoger gaatt niet door de bomen en straatlantaarns langs de route.’
 
2010
 Het ontwerp dat het de komende carnaval moet gaan maken is net zo simpel als veelzijdig, <I>het Franse plattelandsleven<I>. De druivenstruiken die op het land geplant worden, de druiven die later geplukt en geperst worden en natuurlijk de welgevulde tafel. ‘De Fransen weten wat genieten is,” grinnikt Timo. ‘Het is onze uitdaging om dat in één creatie neer te zetten.’
De wagenbouwers van het B®ouwersgilde gaan ook het komende jaar voor hun grote drie: Reusel-Hapert-Bladel. Ze weten echter dat de afgelopen jaren de verschillen met de andere groepen kleiner en kleiner werden. ‘De groepen hebben onderling geen geheimen meer voor elkaar,’ zegt Timo. ‘We houden over en weer open dagen tijdens de bouw, we weten toch wel dat het op details aankomt. De laatste dagen voor de optocht werken we aan de choreografie en de presentatie, dat kan net het verschil maken. Een wagen is tegenwoordig veel meer dan een wagen alleen.’
 
Maandag 16 februari zullen de beste wagenbouwers uit de Kempen het weer tegen elkaar opnemen in de alles overtreffende Kempenoptocht. Ze kijken er allemaal naar uit, de jongens en meiden van het B®ouwersgilde voorop.