‘Dromen zijn bedrog’, zong ooit iemand. Maar wat is een droom eigenlijk en wat gebeurd er? Waar komt deze onbestuurbare hersenactiviteit vandaan?
Ik probeer een tijd lang mijn dromen op te schrijven in de hoop er iets wijzer van te worden.

21-3-2020 (3)


Toon de pastoor

‘Kijk, daar achter die caravans is de kerk, kom maar mee.’ Ik loop samen met Toon naar een kerkdeur en we gaan er naar binnen. Hij begroet er mensen en ik merk dat ze hem kennen. Hij heeft me meegenomen naar hier, omdat hij sinds kort pastorale taken doet, maar het wordt me niet echt duidelijk of hij nu ook de pastoor is.
Als we weer naar buiten kijken, let ik goed op om te zien waar we zijn. Het is een heuvelachtig terrein en ik kijk nu tegen de achterkant van caravans die op een verhoging zijn geplaatst. ‘Hier slapen de mensen van de zorgcentrale,’ zegt Toon. Als we er langs lopen, weer op weg naar de plek waar we vandaan komen, zie ik aan de linkerkant ook een groot terrein met caravans en chalets. Het lijkt op een camping. We gaan weer naar huis, naar de familie.
Daar ontmoet ik enkele dagen later Jan, de broer van Toon. Ik vertel hem van het bezoek aan de kerk met Toon, hij reageert vol ongeloof. ‘Doet onze Toon dat? Dat zou ik dan wel eens willen zien.’
‘Zullen we gaan kijken dan?’ stel ik voor ‘Ik weet de weg nu’
We stappen in de auto, zijn vrouw gaat ook mee. We rijden over een zandpad, de heuvel naar beneden en eerst zien we rechts het op een camping lijkend terrein liggen. Daar achter de caravans op poten voor de mensen van de zorgcentrale. ‘Daar achter ergens moet de kerk staan, we kunnen die net niet zien. Mogelijk door het hoogte verschil,’ zeg ik. ‘Zullen we zachtjes doorrijden?’
‘Ik zou wel even uit willen stappen,’  zegt Jan. Ik kijk in de achteruitrijspiegel en rijd de auto zachtjes terug. Bij de caravans op poten stappen we uit.
Jan en zijn vrouw Tonnie halen beiden diep adem en nemen de omgeving letterlijk in zich op. Er komt een man aangelopen en Jan spreekt zich uit. ‘Waar is precies die kerk hier?’ vraagt hij. De man haalt zijn schouders op. ‘Is hier een kerk?’ vraagt hij.
Het beeld van wat Toon doet, wordt er met dit antwoord niet duidelijker op…


NB
Jan en Toon zijn twee van de in totaal elf broers die mijn moeder had, naast nog zes zussen.
De zorgcentrale is voor een deel een onderdeel van de zorgorganisatie waar ik jarenlang werkte, was onlangs in het nieuws door ontevredenheid van medewerkers. De combinatie van die twee dingen in één droom is echt wonderlijk…