November 2022

Jarenlang maakte Reuselnaar Harrie Coppens (74) fietsreizen over de hele wereld. Hij legde daarbij niet alleen vele kilometers af, maar verkende ook zijn grenzen. Door zijn avonturen te vertellen wilde hij graag anderen inspireren om dat ook te doen. Maar nu hij de gevreesde ziekte ALS onder de leden heeft, is terugkijken op die mooie reizen het enige wat hij nog kan doen. In een serie verhalen neemt hij de lezer mee terug naar zijn avonturen.

Deel 4: Mallorca (1999 – 2000 – 2001 – 2002 – 2003)

Waar voor de een bij het fietsen van (zeer) grote afstanden de uitdaging ligt, ligt die voor de ander bij de snelheid. De absolute top hierin is de Nederlander Fred Rompelberg die meerdere keren achtereen het wereldrecord snelfietsen verbeterde. Uiteindelijk zette hij het wereldrecord op 268 km/h. Hij leverde deze prestatie in 1995 op de zoutvlakte van Salt Lake City, VS. En ook al is hij zijn record op dit moment alweer kwijt, zijn carrière bleef er altijd mee verbonden. Na het actieve wielrennen - hij was vele jaren actief als profwielrenner op de weg en de baan – begon hij met het begeleiden en andere wielrenners door trainingsclinics op Mallorca aan te bieden. Dit eiland heeft naast geweldig mooi weer ook een passend reliëf waar wielrenners hun kilometers, maar ook hoogtemeters kunnen maken.
Rompelberg biedt zijn trainingsweken aan als all-inclusive fietsvakanties en hij zette het op samen met zijn vrouw Tiny. Vanaf 2017 is de organisatie overgegaan in handen van zijn dochter Letizia.
In 1999 ging Harrie voor het eerst met zijn maten van TWC Hapert voor een trainingsweek naar Mallorca.

"Behalve de clinics met Fred Rompelberg hebben we ook een aantal keren zelf de routes uitgezet en onze koers bepaald. De fietstochten maken we steeds met de groep bij elkaar en op tijd een bakje koffie was vaste prik. Maar op de afgesproken rustdag in het midden van de week kriebelde het altijd bij mij en maakte ik mijn eigen koninginnenrit. Dan pakte ik s morgens als de anderen nog op één oor lagen de fiets en reed ik in mijn eentje helemaal naar Cap Formentor, de vuurtoren helemaal aan het einde van het eiland. Dat is heen en weer een rit van ruim 200 kilometer over geaccidenteerd terrein. Als ik dan de volgende dag weer gewoon met de groep op pad ging voelde dat als uitrijden, zonder de anderen daarin tekort te doen."