Grote granaat op Akker aan het Groot Loo
Stijn Bierkens had een engeltje op zijn schouder

Mei 2020


Jarenlang ploegde boer Prinsen in Hilvarenbeek over de akker aan het Groot Loo, die ze kenden onder de naam De Poel. Ook toen Jos de Graaff de akker in bezit kreeg, bewerkte hij hem enkele keren per jaar, zonder zich bewust te zijn van een explosieve situatie. Maar met het vinden van de vliegtuigbom door boerderijmedewerker Stijn Bierkens, beseffen de boeren hoeveel geluk ze gehad hebben.
De akker ligt er vlak en geploegd bij en de zakken zaaimais liggen klaar om de grond in te gaan. Maar voor het zover is, heerst er nog even geen bedrijvigheid op de akker. Een zandweg tegenover boerderij Grutje voert naar enkele percelen landbouwgrond, waar normaal gesproken alleen de boeren komen om hun akker te bewerken of om te oogsten. Maar afgelopen week was dat even anders. Stijn Bierkens (24) is weer helemaal bekomen van de schrik. De nuchtere agrariër, die naast het werk op zijn eigen boerderij nog bij collega-boeren meehelpt, raakt niet zo snel van stuk. Ook niet toen zijn trekker ineens op een massief voorwerp stuitte.
“Ik had net de trekker gekeerd en de ploeg weer in de grond gezet, toen ik een harde klap hoorde,” vertelt hij op de avond dat het gebeurde. “Het was iets na twaalf uur in de middag toen ik voor De Graaff aan het ploegen was. de trekker kwam abrupt tot stilstand, waardoor ik met mijn hoofd tegen het raam vloog. Ik heb de trekker meteen een stukje teruggezet om te kijken wat er was. Ik verwachtte een weidepaal of iets dergelijks, maar toen ik uitstapte zag ik een ijzeren pin met koper eronder. Ik zag dat het in zijn geheel een vrij groot massief voorwerp was. Ik heb nog geprobeerd het opzij te duwen, maar het was behoorlijk zwaar. Ik moet er niet aan denken wat er had kunnen gebeuren op het moment dat ik het projectiel raakte en daardoor verplaatste.” Stijn belde meteen met Jos de Graaff die met buurman Jack de Kort langskwam. De Kort weet als geen ander dat er 75 jaar geleden in dit deel van Hilvarenbeek hard gevochten is bij de bevrijding van Hilvarenbeek. In zijn historische boerderij Grutje had hij een aparte afdeling aan deze strijd gewijd, maar ironisch genoeg brandde die collectie enkele weken geleden af bij een brand op de boerderij.
Bewoners van het Groot Loo weten dat er tijdens de bevrijding van Hilvarenbeek hard gevochten is in dit deel van Hilvarenbeek. De Engelsen en de Duitsers lagen op twee kilometer van elkaar en bestookten elkaar. Dat daarbij veel granaten zijn afgevuurd was algemeen bekend. Veel informatie van die strijd werd later vertelt door de onderduiker Jules Vroom, die vanuit zijn schuilplek op de zolder bij de Graaff vrij zicht had op de bossen verderop. Jos de Graaff en Jack de Kort zagen vrijwel meteen dat het om een gevaarlijk overblijfsel uit de oorlog ging en ze riepen de hulp in van politieman Dré Stuyts. Die was snel ter plaatse en heeft vervolgens de EOD ingeschakeld. Een van de personen die bij de schouwing was, was Cees Prinsen. Hij probeerde de grootte van het projectiel te schatten door er een zakdoek langs te leggen. Hij houdt het voorlopig op zo’n 70 centimeter lengte. Stijn Bierkens, die nog aan de bom getrokken had nadat hij hem raakte, schat dat hij meer dan dertig kilo weegt. Omdat het al tegen de avond liep dat de EOD ter plaatse was, werd besloten om pas de volgende dag aan de analyse van het projectiel te gaan beginnen. Er ging letterlijk even zand over de granaat, waarna de stilte op het Groot Loo voor even terugkeerde.
Ontploffing van granaat in Gorp en Roovert.
De vogeltjes tjilpen en in de verte laat er zelfs een koekoek zich horen. In de bossen van Gorp en Roovert heerst op een doordeweekse woensdag in mei een serene rust. Tot er enkele auto’s aan komen rijden die eerst met hun stof de rust verstoren. Een auto van de veldpolitie gaat voor op een auto van de EOD. Als er mannen uitstappen wordt behoedzaam de achterklep geopend, waar een bruine granaat zichtbaar wordt. Behoedzaam wordt die door twee personen uit de auto getild, waarna de mannen naar de achterkant van een open veld, tegen de bosrand aan, lopen. Dan wordt het zweten! Met twee scheppen graven ze een kuil van zo’n twee meter diepte, waar de granaat ingelegd wordt. Het projectiel wordt voorzien van een nieuw stukje explosief, waar een lange kabel aan verbonden wordt. Die wordt vervolgens zo’n vijftig meter afgerold. De sergeant van de EOD legt aan de omstanders uit dat ze op zeker honderd meter afstand moeten staan, omdat brokstukken van de granaat ver kunnen komen. Onder de toeschouwers staan boer Jos de Graaff en zijn hulp Stijn Bierkens te kijken naar het werk van de mannen in het groen. “Ik snap er helemaal niets van,” zegt De Graaff. Al jaren ploegen wij deze akker en nooit kwamen wij hem tegen. Dat het net dit jaar moest gebeuren.” Stijn Bierkens beseft dat hij een engeltje op zijn schouder gehad moet hebben. Hij informeert bij de mannen van de EOD of de granaat af had kunnen gaan toen hij hem raakte. Dat had volgens de deskundige best gekund als hij hem op de kop geraakt had.

Als de kabel helemaal afgerold is, controleren de twee EOD’ers nog één keer de omgeving, waarna er een beweging volgt. Vijftig meter verder klinkt er een harde doffe knal.

Boem! Een zuil van stof en zand van zo’n zeven meter hoog, dwarrelt neer op de bomen en het grasveld. De vogels die nog in de buurt zaten, fladderen weg en voorzichtig wordt de krater geïnspecteerd. Een kuil van twee meter diepte en een doorsneden van zo’n drie meter, toont de kracht van de explosie. Stijn Bierkens vindt een ijzeren brokstuk dat nog sist van de hitte door de explosie. Als hij het stukje even later in handen heeft om het als herinnering mee te nemen, is hij behoorlijk onder de indruk.
De sergeant geeft aan dat het een granaat betreft van Amerikaanse makelij, waarop Jos De Graaff veronderstelt dat vanaf zijn akker de Duitsers zijn beschoten die zich in de laatste dagen van de bezetting nog nabij Goirle ophielden. “Maar de mais moet deze week nog wel de grond in,” vervolgt hij. “Ik zal Stijn vragen of hij zo snel mogelijk het ploegen af kan maken, déze granaat komen we daar in ieder geval niet meer tegen”.
De mannen vertrekken weer, over naar de orde van alle dag. Het ploegen afmaken en de zorg van de koeien op het bedrijf van De Graaff. De EOD’ers gaan eerst even bekomen van hun inspanningen, waarna er voor hen ongetwijfeld weer ergens een klusje wacht. “We komen dit soort projectielen nog elke dag tegen,” verzekerd de sergeant. “Meestal loopt het wel goed af!”