Oud ouder oudst
Eerdere Hulselse kerkweg teruggevonden

Mei 2021


“Daar zie je de donkere paalgaten die wijzen op de plek waar een woning heeft gestaan en daar heeft de oude weg gelopen.” Aan de doorgaans rustige Kerkweg in Hulsel zijn op dit moment zwarte bergen zand ter zien. De zwarte grond is weggeschoven om op zo’n tachtig centimeter diepte de verkleuringen in de grond waar te nemen. Veldwerkers van het bedrijf Transec deden al snel enkele opmerkelijke vondsten.
Bij de archeologische opgravingen aan de huidige Kerkweg in Hulsel is de bedding van de voormalige kerkweg bloot komen liggen. De opgravingen vinden plaats omdat er een woning gebouwd gaat worden en het is een vervolg op eerdere proefsleuven. Behalve de sporen van de oude weg – die destijds waarschijnlijk niet veel meer was dan een karrespoor- werden er nog meer opmerkelijke vondsten gedaan.
Jesse Braiek van het archeologische team dat er aan het werk is, weet van enthousiasme niet waar hij eerst moet beginnen. Waar hij ook kijkt, op vrijwel elke plek zijn sporen uit lang vergeten tijden te zien. “Die weg is wel het meest opmerkelijk,” zegt hij. “Aan de donkere verkleuring is te zien dat de weg zo’n drie meter breed was en dat die iets oostelijker liep dan de huidige kerkweg.
Het dorp Hulsel (Hulislaum), dat in 1976 al het 1100-jarig bestaan vierde, was in de vroege middeleeuwen al een nederzetting. Dichtbij de plek waar de opgravingen plaats vinden stond ooit het houten kerkje dat eind negentiende eeuw afbrandde. “Het lijkt logisch te veronderstellen dat er minstens één weg naar dat kerkje liep,” zegt Braiek. “Het lijkt erop dat bij de kerk de huidige en de oude Kerkweg bij elkaar kwamen.”
Zijn collega die met een metaaldetector rondloopt heeft regelmatig prijs, zo haalt hij een oude metalen knoop boven water.
“Zo’n dertig jaar terug hebben hier vlakbij ook opgravingen plaats gevonden waar ook interessante vondsten zijn gedaan,” zegt Braiek. Hij kent de resultaten van toen niet specifiek, maar wil ze zeker nog langs de huidige vondsten gaan leggen.
Na een week graven werd het gebied weer geëgaliseerd, waardoor men ter plekke vooruit kan met de bouw. Alle gevonden gegevens worden nu verwerkt en vervolgens gearchiveerd. “Deze kans hadden we maar één keer en het was in dit geval zeker niet voor niets,” legt Braiek uit.
De lokale geschiedeniskenner Cor van der Heijden weet dat de Hulselse sporen per definitie waardevol zijn. “Nabij deze vindplaats zijn eerder sporen gevonden van een nederzetting uit de Merovingische tijd,” legt hij uit. “We hebben het dan over de zesde en zevende eeuw, een periode dat er nog niet aan geschiedschrijving gedaan werd. Daarom moeten we het hebben van dit soort onderzoeken.”
Professor Nico Roijmans van de UVA, die in de negentiger jaren samen met Frans Theuws al opgravingen in Brabant begeleidde, kent ook de waarde van de Hulselse opgravingen. In zijn publicatie Land and Anchestors gaat hij in op de sporen uit de vroege middeleeuwen die in Zuid-Nederland, zoals in Hulsel, waargenomen zijn.
Roijmans ontdekte dat de zandgronden tussen Maas en Schelde al vroeg ontdekt werden als plek om zich te vestigen.
Cor van der Heijden gaat er van uit dat er in de zesde en zevende eeuw nog slechts sprake was van enkele woningen terwijl de nabijgelegen kerk, waarvan het grondplan nog zichtbaar is, van een latere periode is.