Voor Leo Scheepers begon alles met natuurijs

Augustus 2022


Net als voor zoveel andere leden van IJCE begon de interesse voor het schaatsen bij Leo Scheepens uit Best (69) met het natuurijs dat lonkte. Hij groeide op in Alblasserdam, op een steenworp van de molens van Kinderdijk en na de strenge winter van 1963 was hij helemaal verkocht: schaatsen, dat wilde hij.
Toen hij met de verhuizing van het gezin naar de omgeving van Eindhoven in het Zuiden kwam te wonen, was de ijsclub in Eindhoven dan ook een logische keuze voor hem. Het was in de tijd dat de ijsbaan door een brand getroffen was en er vanuit barakken gewerkt werd. De baan was nog gewoon een buitenbaan.
“Vanaf het moment dat ik lid werd was training voor langebaanwedstrijden mijn doel,” blikt hij terug. “Ik wist van mezelf dat ik niet overliep van talent maar uiteindelijk heb ik toch een keer bij een NK aan de start gestaan, het was een NK voor militairen.”
Leo zag om zich heen de wereld veranderen, ook de ontwikkelingen op de Eindhovense baan stonden niet stil. Er kwam een mooie accommodatie met een vaste binnenbaan en ook de buitenbaan werd overdekt. “Het schaatsen is daarmee nog laagdrempeliger geworden,” denkt hij als hij het nu vergelijkt met de periode daarvoor.
Na zijn eigen actieve sportcarrière, waarbij wedstrijdgericht getraind werd, kwam hij zelf voor de groep te staan: die schaatsers die zelf nog wedstrijdgericht willen trainen, zonder de aspiratie om daar op hoog niveau gevolg aan te geven.
“Schaatsen is best een moeilijke sport waar veel technische aspecten te trainen zijn. Ik vind het ook zwaarder dan wielrennen of hardlopen. Het is een beweging waarbij je ernaar streeft om je kracht op het ijs over te brengen en in feite ben je altijd op zoek om dat op de meest effectieve wijze uit te voeren.”
Leo, die in het dagelijkse leven in het schildersvak terecht kwam, geniet nu al enkele jaren van zijn pensioen. Maar op de ijsbaan is er nog geen sprake van pensioen en staat hij elke zaterdagochtend en maandagavond met zijn groep op de baan. Ooit had hij als trainer een uitstapje naar een groep die nog specifieker voor wedstrijden trainde maar daarbij stond hij stil langs de baan om aanwijzingen te geven. Liever schaatst hij zelf mee, zoals hij nu doet, om ook zelf aan zijn techniek te kunnen blijven schaven.
“Er liggen altijd wel uitdagingen in de groep die ik train,” analyseert hij. Jonge mensen stromen door, voor anderen is deze groep het hoogst haalbare. Dan komen er van onderaf weer nieuwe leden bij: er blijft altijd voldoende om te leren en daar voldoening uit te halen. Via de club krijgen we af en toe wat bijspijkerlessen, dat houdt mij als trainer ook weer scherp.”

Dit verhaal werd geschreven voor het jubileumboek dat werd uitgegeven vanwege het 75-jarig jubileum van YCE, de ijsclub in Eindhoven.